Een boek dat dusdanig heftig begint, een heftige slachting door een vos, lijkt niet meteen geschikt voor 4-jarigen. Maar niets is minder waar. De heftige slachting wordt besproken op een manier dat je er als lezer bijna niets van meekrijgt. Er is één kip die het overleeft, Vera Kloek. Zij zat te broeden en zoals het een goede kip betaamt verlaat je de eieren niet. Pas wanneer alles stil en rustig is neemt ze een kijkje en komt tot de conclusie dat alle kippen en de haan weg zijn. Er liggen alleen nog veren op het gras. Maar dan blijkt er een jong vosje achter te zijn gebleven. Vera Kloek smelt van de zielige oogjes en neemt hem onder haar hoede. Haar jonkies groeien op met Vonk, de vos. Wanneer er nieuwe kippen komen, wordt Vonk weggestuurd. Ze vertrouwen een vos niet. Vera gaat met hem mee op reis.
Jef Aerts omschrijft op een emotionele wijze de band tussen kip en vos. Het is zo onrealistisch maar door zijn schrijfwijze klinkt het allemaal logisch en realistisch. Als lezer begreep ik bijna niet waarom de andere kippen de vos niet konden vertrouwen. Toch komen Vonk en Vera tijdens hun reis erachter dat Vonk wel anders is. Er zijn toch grote verschillen: Vonk ruikt een heerlijke geur op het markt. Het blijkt gebraden kip te zijn. Hij besluit zelf om weg te gaan. Door de illustraties van Martijn van der Linden wordt deze beslissing nog emotioneler wanneer Vonk in de verte verdwijnt en Vera hem niet meer kan vinden wanneer ze achter hem aangaat. Van der Linden heeft prachtige, realistische illustraties gemaakt. Het zorgt voor een extra dimensie en lading aan dit verhaal. Zonder de illustraties was deze tekst minder goed geweest, maar zonder de tekst waren de illustraties minder goed geweest.
Het is een prachtig voorleesboek over acceptatie. Juist in deze tijd waarin we elkaar slecht vertrouwen is dit boek een wijze les: don’t judge a book by it’s cover. Mensen kunnen ook anders zijn dan je op het eerste gezicht denkt.
Reactie plaatsen
Reacties