De zusjes Lotte en Roos lijken helemaal niet op elkaar. Ze spelen veel samen, maar ze maken ook ruzie. Met hun opa die vaak oppast beleven ze allerlei avonturen. Dan komen er twee jongens wonen in de straat: Lasse en Joppe. Ze zijn precies even oud als Roos en Lotte, maar dat betekent nog niet dat ze meteen vrienden worden. Integendeel!

De verhalen zijn herkenbaar voor de doelgroep. De meisjes krijgen luizen, ze willen niet naar school, mama heeft het te druk en natuurlijk zijn er grote-mensen-dingen. Of simpelere thema’s zoals het vieren van een verjaardag en Sinterklaas. Hierdoor kunnen de kinderen zich inleven in de verhaaltjes en kan er ook over door gepraat worden. Dit maakt het een geschikt voorleesboek.